KLASSIEK-CENTRAAL.BE /Wynold Verweij

Speelse associaties op nieuwe CD van Maya Verlaak

24 November 2020

In de compositiestijl van Maya Verlaak (Gent, 1990) staat het spelelement centraal. Via haar werk vraagt zij expliciet om verwondering van de uitvoerders en het publiek. Op haar jongste CD “All English Music is Greensleeves” laat zij haar associatieve vermogens de vrije loop.

In het toch al afwisselende landschap van hedendaagse componisten is Verlaak een geval apart. Het titelstuk (2014, rev. 2019) refereert voortdurend aan de gelijknamige Engelse evergreen, waaruit in allerlei vormen wordt geciteerd. Het thema wordt uit elkaar gehaald, in een andere volgorde opnieuw gemonteerd, sommige delen worden weggelaten om later weer op te duiken, de ritmen worden door elkaar geschud en van een strik voorzien, motiefjes worden naar voren en achteren geschoven, soms lijkt een canon boven te drijven. Maar ondanks het klutsen en roeren blijft Greensleeves overeind. Dat is de kracht van Verlaaks aanpak. Zij neemt vaak afstand van haar compositorisch onderwerp zodat ruimte voor reflectie ontstaat. Zij kiest voor een positie als buitenstaander. Maar omdat haar partituren niet persé hoeven te worden opgevat als gebetonneerde instructies, is het resultaat meestal exotisch en verrassend, met hier een daar een vleugje humor.

Speeldoosje

Zij probeert met minimale referenties een maximaal resultaat te behalen.  Dat blijkt uit het openingsstuk Lark (2014, rev. 2019) waarin het klokkenspel wordt ingezet als imitatie van het speeldoosje uit haar kindertijd. Referenties aan het Franse kinderliedje Alouette vervolmaken een toonspraak van onbezorgdheid en appeltaart. Het stuk is gebaseerd op ingehouden unisono klanken, afgewisseld met vlinderachtige gebroken akkoorden. Hoorn en klarinet staan in voor de stabiliteit en de warmte van een thuis, het klokkenspel met de piano en de viool zorgen voor avontuur en plezier.

In Song and Dance (2017) kiest Verlaak voor een haar typerend compositorisch proces — het spel. De musici beschikken niet over een uitgewerkte partituur maar moeten het doen met een analyse en een paar spelregels over o.a. de dynamiek, de openingsnoot, mogelijke intervallen en de volgorde waarin de musici op elkaar reageren. Het resultaat van dit spel is een gracieus weefsel van tonen die overgenomen en afgestoten worden. Twee percussionisten (schuurpapier) staan in voor de stabiliteit. Het komt over als een vraag- en antwoordspel waarbij het antwoord minder ter zake doet.

De CD wordt gecompleteerd met twee korte experimentele solostukken waarin de muzikant steeds wordt gecorrigeerd door een computer. Formation de Sarah (Sarah Saviet, viool) en Formation de Mark (Mark Knoop, piano) verleiden de uitvoerenden met reacties op voortdurend veranderend muzikaal materiaal. Ook hier komt het spelelement op de eerste plaats. Bij Maya Verlaak gaat het immers om het spel, niet om de knikkers.